4 We moeten betalen voor ons water.Hout moeten we kopen.
5 Wij worden aldoor opgejaagd door onze vijanden.We moeten voor hen zwoegen en krijgen nooit rust.
6 We hebben Egypte en Assur om hulp gevraagd.Dat is de enige manier om nog eten te krijgen.
7 Onze ouders zijn ongehoorzaam geweest aan de Heer.Zij zijn er niet meer, en ook wij dragen nu de gevolgen.
8 Knechten heersen over ons,en niemand komt ons redden.
9 Met gevaar voor eigen leven proberen we eten te vinden.Elk moment kunnen Arabieren uit de woestijn ons overvallen.
10 Onze huid is dor van de honger.De honger raast door ons heen.