4 Zij beramen aanslagen tegen uw volken overleggen hoe zij uw volgelingen kunnen aanvallen.
5 Zij zeggen tegen elkaar:‘We gaan dat hele volk uitroeien.Niemand kent dan nog het volk van Israël.’
6 Zij waren het al snel eensen hebben een verdrag geslotenom gezamenlijk tegen U op te staan.
7 De Edomieten en Ismaëlieten,de Moabieten en de Hagarenen.
8 De Gebalieten, Ammonieten en Amalekieten,en ook de Filistijnen,samen met de inwoners van de stad Tyrus.
9 Ook Assur kwam erbij,het helpt de nakomelingen van Lot.
10 Doe met hen maar hetzelfdeals U met de Midjanieten deeden als met Sisera.Of zoals met Jabin bij de rivier de Kison.