9 De gedachten van een dwaas zijn zonde, de mens verafschuwt een spotter.
10 Ga je door de knieën wanneer het erop aan komt, dan blijkt je kracht tekort te schieten.
11 Bevrijd hen die weggeleid worden om gedood te worden, doe alles om hun leven te redden.
12 Als je zegt: ‘Ik kan er ook niets aan doen,’ zal God, die de harten ziet en de diepste beweegredenen kent, dan niet beter weten? Want God zal de mensen vergelden naar wat zij hebben gedaan.
13 Eet honing, mijn zoon! Want die is goed en smaakt zoet.
14 Net zo zoet is de wijsheid voor jou en als je je die wijsheid eigen maakt, wacht je een beloning, je hoop op God is dan niet tevergeefs.
15 Goddeloze! Loer niet op de rechtvaardige! Gebruik geen geweld tegen zijn woonplaats.