Leviticus 8:30 NBG51

30 Voorts nam Mozes een deel van de zalfolie en van het bloed, dat op het altaar was, en sprenkelde dat op Aäron, op zijn klederen en ook op zijn zonen en de klederen van zijn zonen; zo heiligde hij Aäron en zijn klederen en ook zijn zonen en de klederen van zijn zonen.

Lees verder hoofdstuk Leviticus 8

Uitzicht Leviticus 8:30 in verband