3 Ze aten allemaal hetzelfde geestelijke voedsel.
4 Ze dronken allemaal hetzelfde geestelijke drinken. Want ze dronken allemaal uit de geestelijke rots die met hen meeging, en die rots was Christus.
5 En toch was God met de meesten van hen niet blij. Daarom liet Hij hen sterven in de woestijn.
6 Deze dingen zijn gebeurd als voorbeeld voor ons. De bedoeling is dat we er iets van zullen leren. We kunnen ervan leren dat we niet moeten verlangen naar dingen waarmee we ongehoorzaam zijn aan God. Zij deden dat wel.
7 Jullie moeten ook geen afgoden aanbidden. Zij deden dat wel. Er staat in de Boeken: "Het volk ging zitten om offers te brengen en te eten en te drinken, en ze maakten er een wild feest van."
8 En we moeten geen dingen op het gebied van seks doen die God niet goedvindt. Sommigen van hen deden dat wel, en er stierven op één dag 23.000 mensen.
9 En we moeten God niet uitdagen. Sommigen van hen deden dat wel, en ze stierven doordat ze werden gebeten door giftige slangen.