1 Toen Jezus de grote groep mensen zag, klom Hij de berg op. Daar ging Hij zitten. Zijn leerlingen waren Hem gevolgd.
2 Jezus begon hun les te geven. Hij zei:
3 "Het is heerlijk voor je als je begrijpt dat je God nodig hebt. Want dan zul je het Koninkrijk van God mogen binnengaan.
4 Het is heerlijk voor je als je verdrietig bent. Want je zal getroost worden.
5 Het is heerlijk voor je als je vriendelijk en geduldig bent. Want dan zul je de aarde erven.
6 Het is heerlijk voor je als je honger en dorst hebt naar rechtvaardigheid. Want je honger zal gestild worden.
7 Het is heerlijk voor je als je goed en vriendelijk bent voor andere mensen. Want dan zal God voor jou ook goed en vriendelijk zijn.