1 [ Jezus zei tegen zijn leerlingen: ] "Wees goed voor andere mensen. Maar doe dat niet om iedereen te laten zien hoe geweldig je bent. Want dan krijg je geen beloning van je hemelse Vader.
2 Als je een bedelaar iets geeft, laat dat dan niet aan iedereen weten. De schijnheilige mensen in de synagogen en op straat doen dat wél. Want zij willen graag door de mensen geprezen worden. Luister goed! Ik zeg jullie dat ze hun hele beloning al hebben gekregen.
3 Maar als je een bedelaar iets geeft, zorg er dan voor dat je linkerhand niet weet wat je rechterhand doet.
4 Zo is het geheim wat je gedaan hebt. En je Vader, die de verborgen dingen ziet, zal je er openlijk voor belonen."