8 Maar de andere mensen zullen zwaar gestraft worden. Zij hebben alleen maar aan zichzelf gedacht. Ze hebben niet naar de waarheid willen luisteren en hebben kwaad gedaan.
9 Met alle mensen die slechte dingen doen, zal het slecht aflopen. Dat geldt niet alleen voor de Joden, maar ook voor de andere volken.
10 Maar alle mensen die het goede doen, zullen hemelse macht en majesteit, eer en vrede krijgen. Dat geldt niet alleen voor de Joden, maar ook voor de andere volken.
11 Want het maakt voor God niet uit wie of wat je bent. Hij zal over alle mensen op dezelfde manier rechtspreken.
12 De niet-Joodse volken kennen de wet [ van Mozes ] niet. Daarom zullen zij zonder deze wet veroordeeld worden als ze slechte dingen doen. De Joden kennen de wet [ van Mozes ] wel. Daarom zullen zij volgens deze wet veroordeeld worden als ze slechte dingen doen.
13 Want niet de mensen die de wet kénnen worden door God vrijgesproken van schuld, maar de mensen die de wet van God dóen.
14 De niet-Joodse volken kennen de wet [ van Mozes ] niet. Maar als ze vanzelf doen wat er in de wet staat, laten ze zien dat ze ook zonder de wet [ van Mozes ] zélf weten wat goed en wat kwaad is.