14 Want de eerste en de tweede aanvoerder zijn samen met hun 50 mannen verbrand door vuur uit de hemel. Laat mij alstublieft in leven!"
15 Toen zei de Engel van de Heer tegen Elia: "Ga met hem mee. Voor hem hoef je niet bang te zijn." Elia stond op en ging met hem mee naar de koning.
16 En hij zei tegen de koning: "Dit zegt de Heer: U heeft boodschappers gestuurd naar Baäl-Zebub, de god van Ekron, om hem om raad te vragen. Is er dan geen God in Israël die u om raad kunt vragen? Omdat u dit heeft gedaan, zult u niet meer uit uw bed komen. U zal sterven."
17 En koning Ahazia stierf, zoals de Heer door Elia had gezegd. Na hem werd Joram koning van Israël, want Ahazia had geen zoon. Joram , de zoon van Josafat, was toen twee jaar koning van Juda.
18 De rest van wat Ahazia allemaal heeft gedaan, staat opgeschreven in de boeken met de geschiedenis van de koningen van Israël.