1 Maar nu word ik uitgelachendoor mensen die jaren jonger zijn dan iken van wie ik de vaders nog niet eens met mijn hondenop mijn vee zou laten passen.
2 Ik zou trouwens toch niets aan die mannen hebben gehad,want ze zijn hun kracht al helemaal kwijt van ouderdom.
3 Ze zijn zwak van de honger.Ze zoeken naar eten in de woestijn.
4 Ze plukken er bladeren en vruchtenen eten plantenwortels.
5 Ze worden uit de dorpen weggejaagd.Ze worden uitgescholden voor dieven.
6 Ze wonen in holen en rotsspletenlangs drooggevallen rivieren.
7 Ze schreeuwen als dieren tussen de struiken,en schuilen in groepen onder de doornstruiken.