16 struisvogels, alle soorten uilen, koekoeken,
17 alle soorten sperwers, aalscholvers,
18 kauwen, roerdompen, pelikanen,
19 ooievaars, alle soorten reigers, hoppen en vleermuizen.
20 Alle insecten moeten jullie walgelijk vinden.
21 Maar alle insecten die springpootjes hebben, mogen jullie wél eten.
22 Dat zijn dus alle soorten sprinkhanen.