19 Toen Korach met al zijn mannen naar Mozes en Aäron was gekomen bij de tent van ontmoeting, verscheen de stralende aanwezigheid van de Heer. Het hele volk zag Hem.
20 En de Heer zei tegen Mozes en Aäron:
21 "Ga ver bij dit volk vandaan staan, want Ik zal hen in één ogenblik verbranden."
22 Toen lieten ze zich voor God op de grond vallen en zeiden: "Heer, God van alle mensen, U wil toch niet het hele volk straffen omdat één man ongehoorzaam is?"
23 De Heer zei tegen Mozes:
24 "Zeg dan tegen het volk: Ga weg bij de tenten van Korach, Datan en Abiram."
25 Toen ging Mozes met de leiders van het volk naar de tenten van Datan en Abiram.