Richters 13:8 BB

8 Toen bad Manoa vurig tot de Heer: "Heer, laat de man van God die U gestuurd had, alstublieft nóg een keer komen. Dan kan hij ons vertellen wat we moeten doen als de jongen is geboren."

Lees verder hoofdstuk Richters 13

Uitzicht Richters 13:8 in verband