1 Laat de liefde uw doel zijn, maar streef ook naar de gaven van de Geest, in het bijzonder naar het spreken namens God.
2 Als iemand in een klanktaal spreekt, spreekt hij tot God en niet tot mensen, want zij verstaan hem niet. Wat hij onder de leiding van de Geest zegt, is geheimtaal.
3 Maar wie woorden van God doorgeeft, spreekt de mensen opbouwend, bemoedigend en troostend toe.
4 Als iemand in een klanktaal spreekt, bouwt hij zichzelf op. Maar als iemand woorden van God doorgeeft, bouwt hij de gemeente op.
5 Ik zou graag willen dat u allemaal in klanktalen sprak, maar nog liever dat u woorden van God doorgaf, want dat is veel belangrijker. Als u iets in een klanktaal zegt, heeft de gemeente er alleen iets aan als u uitlegt wat het betekent.