28 Petrus nam het woord en zei: ‘U weet vast wel dat het mij als Jood verboden is met mensen van een ander volk om te gaan. Maar God heeft mij duidelijk gemaakt dat ik niemand minderwaardig of onrein mag vinden.
Lees verder hoofdstuk Handelingen 10
Uitzicht Handelingen 10:28 in verband