14 Petrus heeft ons verteld hoe God voor het eerst mensen van een ander volk benaderde om hen tot zijn volk te maken.
15 Dat klopt met wat de profeet Amos heeft geschreven. Hij schreef namens God:
16 “Ik zal terugkeren om het vervallen huis van David te herbouwen. Op de plaats van de ruïne zal Ik een nieuw gebouw neerzetten,
17 zodat de rest van de mensheid de Here zal zoeken, alle vreemde volken die Ik voor Mijzelf heb opgeëist.
18 Dat heb Ik Mij vanaf het begin al voorgenomen.”
19 Daarom vind ik dat wij de niet-Joden die God gehoorzamen, niet moeten lastigvallen met de wet van Mozes.
20 Het enige wat wij hun zullen schrijven, is dat zij niets mogen eten van wat aan afgoden geofferd is, dat zij geen hoererij mogen plegen, dat zij geen vlees mogen eten waar nog bloed in zit en dat zij geen bloed mogen eten of drinken.