13 Daar wacht Hij totdat zijn vijanden aan Hem onderworpen zijn.
14 Door dat ene offer heeft Hij allen die voor God zijn afgezonderd voor altijd volmaakt gemaakt.
15 De Heilige Geest heeft ook gezegd dat dit zo was.
16 ‘Het volk van Israël heeft zich niet aan het verbond gehouden,’ zei Hij, ‘maar Ik zal een nieuw verbond met hen sluiten: Ik zal mijn wetten in hun gedachten leggen en in hun hart schrijven.’
17 En Hij voegde eraan toe: ‘Ik zal nooit meer aan hun zonden denken.’
18 Als de zonden vergeven en vergeten zijn, is er geen offer meer nodig.
19 Omdat Jezus zijn leven en zijn bloed voor ons heeft gegeven, broeders en zusters, mogen wij bij God komen.