9 Daarna nam de duivel Hem mee naar het dak van de tempel in Jeruzalem. ‘Als U de Zoon van God bent,’ zei hij, ‘spring dan naar beneden.
10 Er staat immers in de Boeken: God zal zijn engelen sturen om U te beschermen.
11 Zij zullen U op handen dragen en U zult niet struikelen.’
12 Jezus antwoordde: ‘Er staat ook: Stel de Here, uw God, niet op de proef.’
13 Zo probeerde de duivel op alle mogelijke manieren Jezus om te praten. Maar zonder succes. Daarom liet hij Hem voorlopig met rust.
14 Jezus ging terug naar Galilea, vol van de kracht van de Heilige Geest.
15 Het duurde niet lang of Hij was daar overal bekend. Hij sprak in de verschillende synagogen en stond bij iedereen hoog in aanzien.