26 Dan zal iedereen Mij, de Mensenzoon, zien komen in de wolken, met grote macht en majesteit.
27 Ik zal de engelen erop uitsturen om de mensen die Ik heb uitgekozen, bijeen te brengen. Van het oosten, het westen, het noorden en het zuiden, ja, vanuit de verste uithoeken van de wereld.
28 Leer van de vijgeboom deze les. Wanneer er knoppen en blaadjes aan komen, weet je dat het gauw zomer wordt.
29 Zo is het ook met de komst van de nieuwe wereld. Als je ziet gebeuren wat Ik zojuist heb gezegd, weet je dat het niet lang meer duurt, dat het vlakbij is.
30 Ik verzeker jullie: al deze dingen zullen gebeuren, nog voordat deze generatie voorbij is.
31 De hemel en de aarde zullen verdwijnen, maar mijn woorden zeker niet.
32 Maar wanneer, op welke dag en welk uur deze dingen zullen gebeuren, weet niemand. De engelen niet en zelfs Ik niet. Dat weet alleen de Vader.