41 Hij nam de vijf broden en de twee vissen, keek op naar de hemel en dankte God voor dit eten. Daarna brak Hij de broden in stukken. Zijn leerlingen moesten die uitdelen onder de mensen. Ook de vissen verdeelde Hij.
42 Iedereen at tot hij genoeg had.
43 Na de maaltijd werd het overschot opgehaald en in manden gedaan: dat waren twaalf manden vol!
44 Er waren daar heel veel mensen, het aantal mannen alleen al bedroeg vijfduizend.
45 Hierna zei Jezus tegen zijn leerlingen dat zij vlug moesten overvaren naar Betsaïda. Hij zou later komen, wanneer Hij de mensen zou hebben weggestuurd.
46 Toen iedereen weg was, ging Jezus de berg op om te bidden, alleen.
47 Om een uur of drie 's nachts waren de leerlingen nog maar midden op het meer.