8 U houdt vast aan de traditie, maar aan Gods opdracht denkt u niet.
9 U schuift Gods gebod gewoon aan de kant en zet uw traditie ervoor in de plaats.
10 Mozes heeft gezegd: “Heb eerbied voor uw vader en moeder. Wie kwaad spreekt van zijn ouders, moet sterven.”
11 Maar wat hebt u ervan gemaakt? “Als je tegen je ouders zegt dat je heel je bezit aan God wilt geven,
12 hoef je je ouders helemaal niet meer te verzorgen.”
13 Hiermee zegt u eigenlijk dat niemand zich iets van Gods woorden hoeft aan te trekken. Maar u eist wel dat iedereen doet wat uw traditie zegt. Zulk soort dingen doet u wel meer.’
14 Jezus riep de mensen bij Zich en zei tegen hen: ‘Luister! Dit is iets dat u beslist moet weten.