1 Hierna vertrok Jezus uit Galilea. Hij stak de Jordaan over en kwam in Judea.
2 Talloze mensen volgden Hem en velen werden door Hem genezen.
3 Er kwamen enkele Farizeeën naar Hem toe. Zij wilden proberen Hem op zijn woorden te vangen. ‘Mag een man zomaar van zijn vrouw scheiden?’ vroegen zij.
4 ‘Leest u de boeken van Mozes dan niet?’ antwoordde Hij. ‘Daar staat toch in dat God de mens heeft gemaakt als man en vrouw.
5 Een man zal zijn vader en moeder verlaten, zich bij zijn vrouw voegen en werkelijk één met haar worden.
6 Zij zijn niet langer twee, maar één. En geen mens mag scheiden wat God heeft samengebracht.’
7 Zij vroegen daarop: ‘Maar waarom heeft Mozes dan gezegd dat een man van zijn vrouw mag scheiden? Als hij haar maar een brief geeft waarin staat dat zij niet langer zijn vrouw is.’