32 Zo gingen zij naar de koning van Israël en smeekten: ‘Uw dienaar Benhadad vraagt nederig of u hem in leven wilt laten.’ ‘Leeft hij nog?’ vroeg de koning van Israël. ‘Hij is mijn broeder.’
Lees verder hoofdstuk 1 Koningen 20
Uitzicht 1 Koningen 20:32 in verband