8-9 Die woorden van David weerhielden zijn mannen ervan Saul te doden. Nadat die de grot had verlaten en wilde weggaan, kwam David tevoorschijn en riep hem achterna: ‘Mijn heer de koning!’ Saul keek om en zag hoe David zich diep voor hem boog.
Lees verder hoofdstuk 1 Samuël 24
Uitzicht 1 Samuël 24:8-9 in verband