18 Stel rechters en ambtenaren aan voor alle steden die de Here, uw God, u geeft. Zij zullen in alle delen van het land voor de rechtspraak zorgen.
19 Verdraai het recht nooit in het voordeel van een rijke en neem geen geschenken aan. Want geschenken verblinden de ogen van de meest wijze mannen en beïnvloeden hun beslissingen.
20 U moet zich helemaal inzetten voor de rechtvaardigheid. Dat is de enige manier waarop u in het land dat de Here, uw God, u geeft, kunt blijven leven.
21-22 Onder geen beding mag u een gewijde paal of gewijde steen naast het altaar van de Here, uw God, plaatsen. Want de Here haat dat!’