17 moeten beide mannen voor de priesters en rechters worden gebracht die op dat moment dienst doen voor de Here.
18 Zij moeten zorgvuldig worden ondervraagd en als blijkt dat de getuige liegt,
19 zal zijn straf dezelfde zijn als die hij de andere man toewenste. Op die manier zult u het kwaad uit uw midden wegdoen.
20 Wie ervan horen, zullen dan wel oppassen dat ze geen leugens vertellen als zij moeten getuigen.
21 U mag geen medelijden hebben met een valse getuige. Hierbij geldt: leven om leven, oog om oog, tand om tand, hand om hand, voet om voet.’