31-32 Van de familie Harim: Eliëzer, Jesia, Malkia, Semaja, Simeon, Benjamin, Malluch en Semarja.
33 Van de familie Hasum: Mathnai, Mattatta, Zabad, Elifelet, Jeremai, Manasse en Simi.
34-42 Van de familie Bani: Maädai, Amram, Uël, Benaja, Bedeja, Cheluhu, Vanja, Meremoth, Eljasib, Mattanja, Mathnai, Jaäsai, Bani, Binnui, Simi, Selemja, Nathan, Adaja, Machnadbai, Sasai, Sarai, Azareël, Selemja, Semarja, Sallum, Amarja en Jozef.
43 Van de familie Nebo: Jeïël, Matthithja, Zabad, Zebina, Jaddai, Joël en Benaja.
44 Al deze mannen waren getrouwd met heidense vrouwen en sommige van deze vrouwen hadden kinderen.