5 “Bouw huizen om in te wonen, leg tuinen aan en leef van de opbrengsten.
6 Trouw en krijg kinderen, laat je zonen en dochters trouwen en krijg vele kleinkinderen. Vermenigvuldig u! Zorg dat uw aantal niet kleiner wordt!
7 Zet u in voor de vrede en de welvaart van de stad waarheen Ik u heb verbannen. Bid voor haar tot de Here, want als uw stad welvarend is, bent u het ook.”
8 De Here van de hemelse legers, de God van Israël, zegt: “Laat u niet beïnvloeden door de valse profeten en waarzeggers die daar bij u zijn. Luister niet naar hun dromen,
9 want zij profeteren leugens in mijn naam. Ik heb hen niet gestuurd,” zegt de Here.
10 “Dit is de waarheid: u zult zeventig jaar in Babel blijven. Maar daarna zal Ik komen en alle goede dingen voor u doen die Ik heb beloofd en u weer naar uw vaderland terugbrengen.
11 Want Ik weet welke plannen Ik voor u heb,” zegt de Here. “Met deze plannen heb Ik uw geluk voor ogen, niet uw ongeluk. Ik wil u weer een toekomst en nieuwe hoop geven.