4 Generaties gaan en generaties komen, maar er verandert niets wezenlijks.
5 De zon komt op en gaat onder en haast zich rond de aarde om opnieuw op te gaan.
6 De wind blaast vanuit het zuiden en het noorden, hier en daar, steeds wisselend van kracht en richting, zonder ooit een doel te bereiken.
7 De rivieren monden uit in de zee, maar de zee raakt nooit vol. Het water keert weer terug naar de rivieren en vloeit weer naar de zee.
8 Alles is onuitsprekelijk vermoeiend. Hoeveel wij ook zien, het is nooit genoeg. Hoeveel wij ook horen, tevreden zijn wij nooit.
9 De geschiedenis herhaalt zich steeds weer. Niets is werkelijk nieuw,
10 alles is al eens gezegd of gedaan. Kunt u iets nieuws aanwijzen? Hoe weet u of het eeuwen geleden ook al niet bestond?