5 een tijd om stenen weg te gooien en een tijd om stenen bij elkaar te zoeken, een tijd om te omhelzen en een tijd om niet te omhelzen,
6 een tijd om te vinden en een tijd om te verliezen, een tijd om iets te bewaren en een tijd om iets weg te gooien,
7 een tijd om te scheuren en een tijd om te herstellen, een tijd om stil te zijn en een tijd om te spreken,
8 een tijd om lief te hebben en een tijd om te haten, een tijd van oorlog en een tijd van vrede.
9 Wat bereikt iemand nu werkelijk door hard te werken?
10 Ik heb hierover nagedacht met betrekking tot alle soorten werk die God de mensheid heeft gegeven.
11 Voor alles wat Hij heeft gemaakt, bestaat een geschikt moment. Ook al heeft God het besef van de eeuwigheid in het hart van de mensen geplant, toch kan de mens al Gods werk, vanaf het eerste begin tot het absolute einde, niet overzien.