10 Geef vreemden niet de kans om op jouw zak te teren en je zuurverdiende geld erdoor te jagen.
11 Zodat je het ten slotte, wanneer je lichamelijk en geestelijk aan het eind bent,
12 niet uitschreeuwt: ‘Waarom haatte ik die wijze lessen?
13 Waarom luisterde ik niet naar vermaning en vergat wat mijn leermeesters mij leerden?
14 Ik had mij bijna diep schuldig gemaakt voor ieders ogen.’
15 Drink water uit je eigen voorraadvat, helder vocht uit je eigen bron.
16 Laten je fonteinen niet naar buiten spuiten, noch je waterstromen de straten overspoelen.