21 want allen zoeken zij hun eigen belang, niet de zaak van Christus Jezus.
22 Zijn beproefde trouw kent gij echter, dat hij, gelijk een kind zijn vader, mij in de dienst van het evangelie heeft geholpen.
23 Hem hoop ik terstond te zenden, zodra ik zie, hoe het met mijn zaak loopt;
24 ik vertrouw echter in de Here, dat ik ook zelf spoedig komen zal.
25 Maar ik achtte het noodzakelijk, Epafroditus tot u te zenden, mijn broeder en medearbeider en medestrijder, die uw afgevaardigde was om mij te helpen in hetgeen ik nodig had.
26 Immers, hij was vol verlangen naar u allen en ook in zorg, omdat gij gehoord hadt, dat hij ziek was.
27 Hij is ook ziek geweest, de dood nabij, maar God heeft Zich over hem ontfermd, en niet alleen over hem, maar ook over mij, opdat ik niet droefheid op droefheid zou hebben.