2 Let op de honden, let op de slechte arbeiders, let op de versnijdenis!
3 Want wíj zijn de besnijdenis, die door de Geest Gods Hem dienen, die in Christus Jezus roemen en niet op vlees vertrouwen.
4 Ofschoon ik voor mij wel reden zou hebben om ook op vlees vertrouwen te stellen.Indien een ander meent op vlees te kunnen vertrouwen, ik nog meer:
5 besneden ten achtsten dage, uit het volk Israël, van de stam Benjamin,
6 een Hebreeër uit de Hebreeën, naar de wet een Farizeeër, naar mijn ijver een vervolger van de gemeente, naar de gerechtigheid der wet onberispelijk.
7 Maar alles wat mij winst was, heb ik om Christus’ wil schade geacht.
8 Voorzeker, ik acht zelfs alles schade, omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Here, dat alles te boven gaat. Om zijnentwil heb ik dit alles prijsgegeven en houd het voor vuilnis, opdat ik Christus moge winnen,