Handelingen 1:4 NBG51

4 En terwijl Hij met hen aanzat, gebood Hij hun Jeruzalem niet te verlaten, maar te blijven wachten op de belofte van de Vader, die gij (zeide Hij) van Mij gehoord hebt.

Lees verder hoofdstuk Handelingen 1

Uitzicht Handelingen 1:4 in verband