13 Wie is wijs en verstandig onder u? Hij tone uit zijn goede wandel zijn werken met wijze zachtmoedigheid.
14 Indien gij echter bittere naijver en zelfzucht in uw hart hebt, beroemt u dan niet en liegt niet tegen de waarheid.
15 Dat is niet de wijsheid, die van boven komt, maar zij is aards, ongeestelijk, duivels;
16 want waar naijver en zelfzucht heerst, daar is wanorde en allerlei kwade praktijk.
17 Maar de wijsheid van boven is vooreerst rein, vervolgens vreedzaam, vriendelijk, gezeggelijk, vol van ontferming en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd.
18 Maar gerechtigheid is een vrucht, die in vrede wordt gezaaid voor hen, die vrede stichten.