50 opdat van dit geslacht afgeëist worde het bloed van al de profeten, dat vergoten is sinds de grondvesting der wereld,
51 van het bloed van Abel tot het bloed van Zacharias, die omgebracht is tussen het altaar en het tempelhuis. Ja, Ik zeg u, het zal afgeëist worden van dit geslacht.
52 Wee u, wetgeleerden, want gij hebt de sleutel der kennis weggenomen; zelf zijt gij niet binnengegaan en hen, die trachtten binnen te gaan, hebt gij tegengehouden.
53 En toen Hij van die plaats vertrok, begonnen de schriftgeleerden en de Farizeeën Hem heftig aan te vallen en Hem uit te vragen over vele dingen,
54 Hem een strik spannende om Hem te vangen in iets, dat Hij Zich zou laten ontvallen.