30 En zij gingen vandaar weg en reisden door Galilea. En Hij wilde niet, dat iemand het te weten kwam.
31 Want Hij onderwees zijn discipelen en zeide tot hen: De Zoon des mensen wordt overgeleverd in de handen der mensen en zij zullen Hem ter dood brengen en drie dagen na zijn dood zal Hij opstaan.
32 Doch zij begrepen dit woord niet en durfden Hem er niet naar te vragen.
33 En zij kwamen te Kafarnaüm. En toen Hij thuis gekomen was, vroeg Hij hun: Waarover waart gij onderweg in gesprek?
34 En zij zwegen, want zij hadden onderweg met elkander erover gesproken, wie de meeste was.
35 En Hij ging zitten, riep de twaalven en zeide tot hen: Indien iemand de eerste wil zijn, die zal de allerlaatste zijn en aller dienaar.
36 En Hij nam een kind en plaatste dat in hun midden, omarmde het en zeide tot hen: