2 Gij weet, dat het over twee dagen Paasfeest is, en alsdan wordt de Zoon des mensen overgeleverd om gekruisigd te worden.
3 Toen kwamen de overpriesters en de oudsten des volks bijeen in het paleis van de hogepriester, genaamd Kajafas,
4 en zij beraamden een plan om Jezus door list in handen te krijgen en te doden.
5 Maar zij zeiden: Niet op het feest, opdat er geen opschudding ontsta onder het volk.
6 Toen Jezus te Betanië was, in het huis van Simon de melaatse,
7 kwam een vrouw tot Hem met een albasten kruik vol kostbare mirre en goot die uit over zijn hoofd, terwijl Hij aanlag.
8 Toen de discipelen dit zagen, waren zij verontwaardigd en zeiden: Waartoe die verkwisting?