1 Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God door onze Here Jezus Christus,
2 door wie wij ook de toegang hebben verkregen [in het geloof] tot deze genade, waarin wij staan, en roemen in de hoop op de heerlijkheid Gods.
3 En niet alleen (hierin), maar wij roemen ook in de verdrukkingen, daar wij weten, dat de verdrukking volharding uitwerkt,
4 en de volharding beproefdheid, en de beproefdheid hoop;
5 en de hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de heilige Geest, die ons gegeven is,
6 zo zeker als Christus, toen wij nog zwak waren, te zijner tijd voor goddelozen is gestorven.