8 Van de Gadieten voegden zich eveneens sommige bij David in de vesting in de woestijn, dappere helden, strijdvaardige krijgslieden, met schild en speer uitgerust, er uitziende als leeuwen, en vlug als gazellen op de bergen:
9 Ezer, de aanvoerder; Obadja, de tweede; Eliab, de derde;
10 Mismanna, de vierde; Jirmeja, de vijfde;
11 Attai, de zesde; Eliël, de zevende;
12 Jochanan, de achtste; Elzabad, de negende;
13 Jirmeja, de tiende; Makbannai, de elfde.
14 Dezen behoorden tot de zonen van Gad, aanvoerders van het leger; de kleinste reeds woog op tegen honderd, de grootste tegen duizend.