28 Hun bezittingen en woonplaatsen waren: Betel met zijn onderhorige plaatsen, in het oosten Naäran, in het westen Gezer met zijn onderhorige plaatsen, Sichem met zijn onderhorige plaatsen, tot aan Ajja met zijn onderhorige plaatsen.
Lees verder hoofdstuk 1 Kronieken 7
Uitzicht 1 Kronieken 7:28 in verband