2 Maar Jehoseba, de dochter van koning Joram, de zuster van Achazja, nam Joas, de zoon van Achazja, en bracht hem met zijn voedster heimelijk weg uit de kring der prinsen die gedood werden, naar de bergplaats voor de bedden; en zij verborgen hem voor Atalja, zodat hij niet ter dood gebracht werd.