11 Zie, de dagen komen, luidt het woord van de Here Here, dat Ik een honger in het land zal zenden – geen honger naar brood, en geen dorst naar water, maar om de woorden des Heren te horen.
12 Dan zullen zij zwerven van zee tot zee, en van het noorden naar het oosten zullen zij dolen, om te zoeken het woord des Heren; maar vinden zullen zij het niet.
13 Te dien dage zullen de schone maagden en de strijdbare jongelingen in onmacht vallen van dorst,
14 die zweren bij wat de schuld van Samaria is, die zeggen: Zo waar uw god leeft, o Dan! en: Zo waar de bedevaart naar Berseba leeft! Ja, zij zullen vallen en niet weer opstaan.