29 Welzalig zijt gij, Israël; wie is aan u gelijk? Een volk, verlost door de Here, die het schild uwer hulp en het zwaard uwer hoogheid is. Daarom zullen uw vijanden veinzen u hulde te brengen, en gij zult op hun hoogten treden.
Lees verder hoofdstuk Deuteronomium 33
Uitzicht Deuteronomium 33:29 in verband