40 de gordijnen van de voorhof, zijn pilaren en zijn voetstukken, en het gordijn voor de poort van de voorhof, zijn touwen en zijn pinnen, al het gerei voor de dienst van de tabernakel, de tent der samenkomst,
41 de ambtsklederen voor de dienst in het heiligdom, de heilige klederen voor de priester Aäron, en de klederen van zijn zonen, om het priesterambt te bekleden.
42 Overeenkomstig alles, wat de Here Mozes geboden had, zó hadden de Israëlieten al de arbeid verricht.
43 En Mozes zag al het werk, en zie, zij hadden het gemaakt zoals de Here geboden had; zó hadden zij het gemaakt. Toen zegende Mozes hen.