15 Dit waren de stamhoofden der zonen van Esau: de zonen van Elifaz, de eerstgeborene van Esau, waren de stamhoofden Teman, Omar, Sefo, Kenaz,
16 Korach, Gatam, Amalek; dit waren de stamhoofden van Elifaz in het land Edom; dit waren de zonen van Ada.
17 En dit waren de zonen van Reüel, de zoon van Esau: de stamhoofden Nachat, Zerach, Samma en Mizza; dit waren de stamhoofden van Reüel in het land Edom; dit waren de zonen van Esaus vrouw Basemat.
18 En dit waren de zonen van Esaus vrouw Oholibama; de stamhoofden Jeüs, Jalam en Korach; dit waren de stamhoofden van Esaus vrouw Oholibama, dochter van Ana.
19 Dit waren de zonen van Esau en dit waren hun stamhoofden; dat is Edom.
20 Dit waren de zonen van Seïr, de Chorieten, de inwoners van het land: Lotan, Sobal, Sibon, Ana,
21 Dison, Eser en Disan; dit waren de stamhoofden der Chorieten, der zonen van Seïr in het land Edom.