3 Toen kwam het woord des Heren andermaal tot mij:
4 Neem de gordel die gij gekocht hebt, die gij om uw middel draagt, en maak u op, ga naar Perat en verberg hem daar in een rotsspleet.
5 Dus ging ik heen en verborg hem in Perat, gelijk de Here mij geboden had.
6 Nu gebeurde het vele dagen later, dat de Here tot mij zeide: Maak u op, ga naar Perat en haal vandaar de gordel die Ik u geboden had daar te verbergen.
7 Toen ging ik naar Perat en zag rond en haalde de gordel van de plaats waar ik hem verborgen had, en zie, de gordel was bedorven, hij deugde nergens toe.
8 Toen kwam het woord des Heren tot mij:
9 Zo zegt de Here: evenzo zal Ik verderven de glorie van Juda en van Jeruzalem, die groot is.