Klaagliederen 1:21 NBG51

21 Zij horen, hoe ik zucht,maar niemand is er, die mij troost;al mijn vijanden hebben mijn rampspoed vernomen;zij verblijden zich, dat Gij het gedaan hebt,dat Gij hebt doen komen de dag die Gij hadt aangekondigd –dat zij mogen worden gelijk ik,

Lees verder hoofdstuk Klaagliederen 1

Uitzicht Klaagliederen 1:21 in verband