2 Corinthiërs 12:21 SV1750

21 Opdat wederom, als ik zal gekomen zijn, mijn God mij niet vernedere bij u, en ik rouw hebbe over velen, die te voren gezondigd hebben, en die zich niet bekeerd zullen hebben van de onreinigheid, en hoererij, en ontuchtigheid, die zij gedaan hebben.

Lees verder hoofdstuk 2 Corinthiërs 12

Uitzicht 2 Corinthiërs 12:21 in verband