33 En hij offerde op het altaar, dat hij te Beth-el gemaakt had, op den vijftienden dag der achtste maand, der maand, dewelke hij uit zijn hart verdacht had; zo maakte hij den kinderen Israels een feest, en offerde op dat altaar, rokende.
Lees verder hoofdstuk 1 Koningen 12
Uitzicht 1 Koningen 12:33 in verband